Het is een geluk om Sam Rasschaert in de zetel van zijn tijdelijke thuis in Kessel-Lo aan te treffen. Naar eigen zeggen is hij ‘verkikkerd geraakt op de vele Leuvense volkscafeetjes' waar hij met boezemvriend Jelle de afgelopen week geregeld te vinden was. Tien weken lang bij vrienden en kennissen verblijven, met iedere week een nieuwe stopplaats, heeft bij hem duidelijk zijn tol geëist. Rasschaert ziet er moe, maar ontzettend voldaan uit. ‘Een tijdje geleden geleden kwam ik plots op straat te staan, waardoor een gek plan in mijn hoofd vorm kreeg. Ik werk in Brussel, bij Cultuurnet Vlaanderen, en zou perfect terug bij moeke in Huldenberg kunnen gaan wonen. Niet ver van mijn werk, maar op je 28ste wel een duidelijke stap terug.' Dus besloot Rasschaert om via een doodle heel wat bekenden op te trommelen, met de vraag of hij bij hen telkens een weekje kon verblijven. ‘Het laatste wat ik wilde, was profiteren. Ik ging in op hun gastvrijheid, nam geregeld een huishoudelijke taak op mij en haalde vooral de bestaande vriendschapsbanden aan.'
Ottenburg, Nijlen, Brussel, Rotselaar, Wolvertem, Hove, Kessel-Lo en zelfs het Franse Saint-Nazaire, in al deze plaatsen streek Rasschaert neer en hield hij een blog bij over zijn avonturen.
Jetlag
‘Automatisch speel je in op het specifieke huisleven. Zo leek ik bij Lina uit Rotselaar soms wel haar vaste vriend, terwijl ik bij Gijs en Melanie dan weer de rol van het vertroetelde kind kreeg aangemeten. Ik vond het in de eerste plaats belangrijk om samen dingen te doen.'
Ondanks de steevast hartelijke ontvangst, met veel alcohol en gezelligheid in het spel, verbaasde het Rasschaert hoe snel samenleven een gewoonte wordt. ‘De eerste avond op een nieuwe locatie was altijd feest. Daarna normaliseert alles zich verbazend vlot. Al moet ik toegeven dat ik soms met ernstige vermoeidheid kampte. Bij een bevriend koppel kroop ik dagelijks omstreeks 22 uur onder de wol, terwijl ik bij een alleenstaande vriend vaak niet voor 3 uur in bed lag. In dat geval kan ik achteraf gezien alleen maar spreken over een Vlaamse jetlag', zegt Rasschaert lachend.