In 1675 begon Filip Verheyen aan een studie theologie, maar besloot om toch over te schakelen naar geneeskunde, omdat hij geboeid raakte door de anatomische studies van Andreas Vesalius twee eeuwen vroeger. Zijn been moest echter worden afgezet als snelle remedie tegen een infectie. Uit geloofsredenen vond hij het onkies om een deel van zijn eigen lichaam te begraven, terwijl hij zelf nog in leven was. Hij heeft zijn been laten opzetten en later voerde hij er dissecties op uit, zoals op deze illustratie.
Verheyen ondervond zelfs een fantoombeen, Met andere woorden, hij voelde zijn verloren lichaamsmaat nog altijd. Zijn noties over het onderzoek van zijn opgezet been en over zijn ervaring van zijn fantoompijn hebben een erg intieme toon, zodat ze bijna persoonlijke brieven zijn. Mede door zijn fascinatie betekende hij een enorme vooruitgang in de anatomie. Hij is auteur van een belangrijke anatomische atlas en hoogst waarschijnlijk heeft hij de naam voor de achillesspees bedacht. Volgens zijn student en later bekende dokter Jan Palfijn overleed Verheyen in 1790 en werd hij begraven aan de abdij van Vlierbeek, wellicht samen met zijn geliefde been.
Nog meer historische weetjes vind je op www.facebook.com/Leuvensehistorischeweetjes